Vrijdag 30 augustus: Stroom
In het seizoen waarin het niet ophield met regenen, toch was het weer prachtig, kreeg ik geen letter op papier, ik had te veel te doen, te druk met zitten en toekijken. De dingen dwarrelden om me heen, luchtstromen die ik niet kon zien leidden hen voorzichtig naar hun plaats, daar waar ze thuishoorden, soms duurde het jaren en soms ging het onmiddellijk, je had erbij moeten zijn, het was allemaal zeer verwonderlijk.
Achteraan het huis stootte ik op de kapitein, hij rookte een sigaret, na decennia op zee was hij op de drempel van de keukendeur beland, gisteren nog loodste hij schepen door stormen heen en dineerde hij als een koning in Parijs. Vandaag was zijn vrouw te weten gekomen dat hij rookt, na al die decennia, ze was ziedend, hij lachte, ze wil dat ik eeuwig blijf leven, daarna staarde hij weer naar de baai, onmerkbaar traag vorderde de cataract.
De schrijver die ooit postbode was, belandde aan mijn tuintafel, hij verklaarde dat hij de verschillende merels thuis herkent aan hun stem, soms zijn ze er maandenlang niet en dan weer wel, het zijn net vrienden. Hij keek ernaar uit om terug te keren, om opnieuw dagelijks te gaan zwemmen in de zee vlakbij het woud waar hij woont, al glimlachte hij dat dat een te romantische voorstelling van de zaken is.
In zijn woonkamer, er lag een everzwijnenvel op de vloer, vertrouwde de jager me toe dat hij wellicht niet zo snel meer in Afrika zal belanden, of toch, misschien ooit nog, hij droomde ervan een keer een leeuw te schieten, een oud mannetje, hij had gehoord dat ze zo mooi springen als je ze raakt.
Zo dwarrelde het allemaal verder tot ik op de top van de Hooglanden belandde, tussen miljarden wervelende waterdruppeltjes, onze kleren weigerden te drogen. Het kon de herderin allemaal niet schelen, ze trok alles uit en ging languit in de branding liggen alsof het altijd haar plaats was geweest, het is precies zo gegaan.
Na dat hele seizoen kwamen we thuis, van op het podium verklaarde de dichteres het seizoen voor gesloten, om ons heen opende de nacht zich met bomen en ontelbare lichtpuntjes, alles was gaan liggen, less push more flow was ongeveer het laatste wat ik verstond, het leek me het best mogelijke idee.