EXTRA Maandag 23 mei: Vlechten
In de week waarop mijn vijfjarige zoon voor het eerst een schatkaart tekende waarin ik echt kon geloven, met een deur, een val, en bij het laatste kruisje de belofte van een eeuwige jeugd, haha, kruiste ik midden in het dorp een tekenfilmfiguur. Gele broek, oranje-bruin geruite vest, op het hoofd twee vlechtjes met rode elastiekjes.
Hij wandelde met stevige tred tussen lentegroene bomen en een reeks garages, onderbroken door het tijdens Covid aangelegde achterterras van een café, dat zijn succes te danken heeft aan het kerkhof aan de overkant van de straat. Mijn gedachten waren nog bij mijn zoon, die ik net aan school had afgezet, en waarvan ik me nu afvroeg of hij er, binnen een jaar of vijftien, ook zo zou uitzien. Hij stelt zijn vaak gedurfde look of the day nu al zelf samen.
Zelf ben ik altijd tot op het bot burgerlijk gebleven, verder dan de overweging om voor deze zomer terug Crocs aan te schaffen geraak ik nog steeds niet, en terwijl ik ondertussen zeker weet dat de jongeman zich heeft laten inspireren door Aang, hoofdpersoon van de Avatar-tekenfilmreeks, wens ik mijn zoon vooral veel eigenheid toe.
‘Maar papa’, zegt hij ’s avonds, wanneer ik hem vertel een van zijn personages in levende lijve te hebben gezien, ‘Aang heeft helemaal geen vlechten, maar een geschilderde pijl. In het midden, rood.’ Hij schudt daarbij meewarig het hoofd, en tekent een extra cirkel op onze schatkaart. ‘Hier’, zegt hij, ‘hier heb je een plek waar je je hoofd wat kan laten rusten.’ Hij denkt, ook dat weet ik zeker, al aan het café en het kerkhof en de bomen en wat hij die dag zal aantrekken.